We keren na zeven weken NL terug in La Noblet. De hele weg
hebben we zon tegen en we komen nog nét bij licht aan. In de keuken hebben
muizen huis gehouden, B(r)oer heeft er wel enkele gevangen maar een pittige
graver heeft een iets diervriendelijker weg uit de keuken proberen te vinden.
In D’s bureau zijn wat papieren aangevreten, waaronder eentje met precies op
het knaagincident een belangrijke inlogcode. Maar goed, het kan veel erger,
alle voorraden zijn, in hun veilige plastic containers, onaangetast.
Het is weer even wennen, die stilte. Heel veel veranderd is
er niet, of het moest het gras zijn, dat flink gegroeid is. Ook hier is er
nauwelijks sprake van winter, ‘s nachts zweeft de temperatuur rond het
vriespunt. De andijvie-achtige plantjes die ik al in oktober gepoot heb zien er
nu uit als echte andijvie, alleen wat klein. Er lijken ook een paar kroppen
echt helemaal afgeknabbeld te zijn door konijnen of reeën? Maar goed, een
stamppotje rauwe andijvie is er wel van te maken.
De volgende dagen is het druilerig en mistig. Het nodigt
niet uit tot veel activiteit buitenshuis, hetgeen niet echt erg is want ik kan
nu gestaag doorwerken aan P&M. We slaan de markt op dinsdag over, het
regent. Woensdagavond zijn we uitgenodigd bij Mathilde, waar we samen met
Nadine en Roger een maaltijd gaan opeten die het resultaat is van een kookles
bij een chef in Argentan. Het ziet er allemaal prachtig uit en het voorgerecht
smaakt navenant. Er wordt een heerlijke wijn uit de cave van Mathilde bij
geserveerd. De dames staan beide over de pannen gebogen en nu vang ik zo nu en
dan het woord ‘andouille’ *op. Ik besluit ter plekke nergens moeilijk
over te doen, maar het gerecht gewoon op te eten en er niet aan te denken wat
ik doorslik. Maar, tot mijn verbazing is het eigenlijk best lekker. Als iets
met zoveel aandacht en liefde wordt klaargemaakt, moet je het wel lusten. Het
toetje dat ik had meegenomen valt gelukkig ook in de smaak (perentaart met frangipane)
dus deze avond kan weer in het rugzakje, zou Els wel zeggen.
We hebben aan twee kanten van het huis vetbollen en
aanverwant lekkers voor de vogels opgehangen maar het kost dagen voordat ze het
ontdekken en dan nog weer veel moed om er ook aan te beginnen. Maar gaandeweg
wint de honger het van de angst en komen er meer vogels een kijkje en een hapje
nemen. Veel variatie zien we nog niet, maar wie weet.
Inmiddels heeft Ronja na haar gebroken poot de werkzaamheden
met betrekking tot de muizeneliminatie hervat. Dat graven gaat als vanouds
goed, al blijft ze nog steeds kreupel lopen. Als op zaterdag de lucht opeens
opklaart en je voorjaar in de lucht ruikt zijn de dames weer uren vertrokken.
Tijd ook om het huis eens een flinke beurt te geven. Daarbij stuit ik op honderden
leeg geknaagde lindeboom-zaadjes achter een gat in het kozijn van de voordeur. Wat
is hier gebeurd? Een muizenorgie? Ook
heeft een muis voor de tweede keer de bureaulade gevonden en papier in kleine
stukjes geknaagd. Ik vind wel een muis in de val in een kast, de komende dagen zal
blijken of dat dezelfde is geweest.
Aan het eind van de middag wandel ik mijn HeenenWeertje naar
de ‘doorgaande’ weg. De lucht is fris en helder, de ondergaande zon kleurt de
akkers, tussen de hagen kruipt de nevel tevoorschijn. Het was even wennen, maar
nu weet ik het weer.
Andouille is van oorsprong orgaanvlees van varkens. Bij verschillende variëteiten worden delen van het maagdarmsysteem van het varken (maag, dunne darm en dikke darm) gebruikt, wat het
gerecht een typerende smaak geeft die
niet door iedereen als aangenaam wordt ervaren. De worst heet andouillette, die is eveneens van ingewanden gemaakt. (met dank aan Wikipedia,
ook de zeer beschaafde omschrijving van de ‘typerende smaak’).