Op de markt waar we ongeveer eens per maand komen staat een
voor ons nieuwe kraam met olijven en ander lekkers. Er staan geen prijzen bij
de koopwaar, maar daar heb ik wel enig idee van. De uitbater is uiterst
voorkomend een schept een plastic zakje vol knoflookolijven met peterselie. Dat
mag wel iets minder, dus schudt hij er weer een paar uit. We willen ook nog een
flinke handvol zwarte Griekse olijven en dat is het dan. Weten we zeker dat we
geen zongedroogde tomaten willen? Zó lekker! Vooruit dan maar, zo’n aardige man
gun je wel wat. Bij het afwegen zie ik de ingetikte kiloprijs: 49,90. 49,90 voor een kilo gedroogde
tomaten?! Behulpzaam stopt hij alles in onze boodschappentas en nu gaan we
afrekenen: € 35,68. Ik zeg: Pardon? 35 euro voor een paar olijven en tomaten? Hij
kijkt me onschuldig aan, ja, dat kost het nou eenmaal. Ik ga er absoluut niet
mee akkoord, dit is pure oplichting! D.
vist de zakjes weer uit de tas en wil ze teruggeven maar dat pikt hij niet: ze
zijn al afgewogen en kunnen niet teruggegeven worden. ‘Moet jij eens opletten,’
zegt D., legt de zakjes op de kraam en loopt weg. Uiteraard ga ik achter hem
aan. We zijn nog niet bekomen van de schrik of er staat opeens een politieagent
naast ons. Wat is er precies gebeurd bij die kraam? Wij leggen het uit. Hij zegt
een heleboel wat we niet 100% verstaan maar tenslotte neerkomt op de vraag of er
sprake was van fysiek geweld. Nee hoor, er is verder niets gebeurd, we hebben de
koopwaar achtergelaten en daarmee is ook voor hem de kous af.
We gaan door naar een andere kraam waar we wel vaker olijven
halen, alles geprijsd is en rekenen voor ongeveer dezelfde hoeveelheid € 11, 40
af. En daar zit nog een onsje kokosblokjes bij.
We nemen wel een andere weg terug, door de arcade. Al zal
hij ons vast niet bekogelen met zijn dure tomaten, je kunt beter maar voorzichtig
zijn.