maandag 11 november 2019

Eetfeest



Het is niet voor het eerst dat ik het ga hebben over de Fransen en hun attitude ten aanzien van voedsel. Het onderwerp blijft me boeien omdat het zo héél anders is dan hoe Nederlanders met eten omgaan.

Doordeweeks is er op Radio France Blue Normandie van 9 – 12 een programma dat iedere keer een ingrediënt in het zonnetje zet, waarna luisteraars mogen inbellen met hun persoonlijke recepten. De crème, roomboter, kazen, jambon cru en crèmes fraiches vliegen je om de oren als onmisbare ingrediënten voor nagenoeg iedere schotel. Voor elk recept is er wel een persoonlijke variant die de beller graag wil delen met de luisteraars van dit uiterst populaire programma. Ook de presentatoren slagen er steeds weer in hun oprechte bewondering en appetit voor het recept breed uit te meten. Zo langzamerhand ga ik er steeds meer van verstaan en ik ben zelfs al een keer met een pen en papiertje in de weer geweest om een recept op te schrijven.

En nu gaan wij ons ook eens storten in zo’n weekend vol smaak, kleur en geur: het Coquilles-St-Jacquesfeest in Port-en-Bessin. Eens kijken hoe dat nu echt is! Op zaterdagochtend rijden we naar dit pittoreske havenstadje tussen Arromanches en Omaha Beach. Reeds in de buitenwijken wordt al duidelijk dat het niet zomaar iets is, dit feestje! Honderden campers staan hutje mudje langs de weg en op alle mogelijke andere plekken opgesteld. Hun eigenaren wandelen met hun boodschappenkar richting haven of komen er al van terug. Dit is nl het hoogtepunt van het feest: het zijn de enige twee dagen in het jaar dat de Coquilles St Jacques plus nog een aantal vissen zoals rog en schol rechtstreeks bij de groothandel kunnen worden ingekocht. Dus dan wordt de vis bepaald niet duur betaald! We worden naar een parkeerplek gedirigeerd en wandelen naar het centrum.

Op de markt kun je overal proeven van de talloze bereidingswijzen van de Coquilles en andere vissige gerechten. Zo is er ook een stand met talloze soorten vispaté in diverse samenstellingen. We proeven, rollen met onze ogen, smakken nog een keer beleefd en vinden eigenlijk alles lekker zodat we onze wandeling hervatten met een tas vol potjes. Onderweg staan mensen in de rij voor de restaurants die deze aandacht kennelijk verdienen. En dan is het nog lang geen etenstijd.

Tenslotte arriveren we in de hal, of eigenlijk, de hemel. Voetje aan voetje schuifelen we langs de bergen Coquilles, schol, rog en andere vissoorten. Ergens loopt het vast, daar demonstreert een visser hoe je zo’n schelp open snijdt. Er spuit een straaltje zeewater in het gezicht van een van de omstanders, die daar natuurlijk niet boos om wordt. En ondertussen wordt er aangeschaft of het niks kost. Wij nemen 5 kg mee voor 50 euro voor ons avondmaal met zes personen, hetgeen neerkomt op vijf noisettes per persoon.



Maar eigenlijk stelt dat helemaal niks voor. Als B(r)oer en schoonzus in de loop van de volgende ochtend terugkeren voor nog een maaltje voor thuis is er niets meer. De voor het feest ingeschatte 40 ton is niet genoeg gebleken. Alles is schoon op. En als ik nu heel eerlijk ben (en dat is vloeken in de kerk) vind ik die schelpdieren zoals men ze thuis of in de restaurants bereidt, niet eens zo heel erg lekker. Volgens goede Franse traditie worden ze heel ‘puur’ gegeten, dus met heel bescheiden toevoegingen, beetje prei, beetje zout, beetje peper,schepje warme crème fraiche. ‘Je proeft de zee.’ Dat zal, maar ik prefereer ze in stukjes gehakt in een roomsausje met en scheutje witte wijn, garnalen en nog wat witte vis met pittige Hollandse kaas en paneermeel gegratineerd in de oven. Bij het opdienen een snufje verse peterselie erover. Klinkt vast nogal patatje met in Franse oren, maar dán vind ik ze héérlijk!  Durf ik France Blue ook eens te bellen met mijn recept? Of misschien beter van niet..?







Geen opmerkingen:

Een reactie posten