Het is niet voor het eerst dat ik het ga hebben over de
Fransen en hun attitude ten aanzien van voedsel. Het onderwerp blijft me boeien omdat
het zo héél anders is dan hoe Nederlanders met eten omgaan.
Doordeweeks is er op Radio France Blue Normandie van 9 – 12
een programma dat iedere keer een ingrediënt in het zonnetje zet,
waarna luisteraars mogen inbellen met hun persoonlijke recepten. De crème,
roomboter, kazen, jambon cru en crèmes fraiches vliegen je om de oren als
onmisbare ingrediënten voor nagenoeg iedere schotel. Voor elk recept is er wel
een persoonlijke variant die de beller graag wil delen met de luisteraars van dit
uiterst populaire programma. Ook de presentatoren slagen er steeds weer in hun oprechte
bewondering en appetit voor het recept breed uit te meten. Zo
langzamerhand ga ik er steeds meer van verstaan en ik ben zelfs al een keer met
een pen en papiertje in de weer geweest om een recept op te schrijven.
En nu gaan wij ons ook eens storten in zo’n weekend vol
smaak, kleur en geur: het Coquilles-St-Jacquesfeest in Port-en-Bessin. Eens
kijken hoe dat nu echt is! Op zaterdagochtend rijden we naar dit pittoreske
havenstadje tussen Arromanches en Omaha Beach. Reeds in de buitenwijken wordt
al duidelijk dat het niet zomaar iets is, dit feestje! Honderden campers staan hutje
mudje langs de weg en op alle mogelijke andere plekken opgesteld. Hun eigenaren
wandelen met hun boodschappenkar richting haven of komen er al van terug. Dit
is nl het hoogtepunt van het feest: het zijn de enige twee dagen in het jaar
dat de Coquilles St Jacques plus nog een aantal vissen zoals rog en schol
rechtstreeks bij de groothandel kunnen worden ingekocht. Dus dan wordt de vis
bepaald niet duur betaald! We worden naar een parkeerplek gedirigeerd en
wandelen naar het centrum.
Op de markt kun je overal proeven van de talloze bereidingswijzen
van de Coquilles en andere vissige gerechten. Zo is er ook een stand met
talloze soorten vispaté in diverse samenstellingen. We proeven, rollen met onze
ogen, smakken nog een keer beleefd en vinden eigenlijk alles lekker zodat we
onze wandeling hervatten met een tas vol potjes. Onderweg staan mensen in de rij
voor de restaurants die deze aandacht kennelijk verdienen. En dan is het nog
lang geen etenstijd.
Tenslotte arriveren we in de hal, of eigenlijk, de hemel.
Voetje aan voetje schuifelen we langs de bergen Coquilles, schol, rog en andere
vissoorten. Ergens loopt het vast, daar demonstreert een visser hoe je zo’n schelp
open snijdt. Er spuit een straaltje zeewater in het gezicht van een van de
omstanders, die daar natuurlijk niet boos om wordt. En ondertussen wordt er
aangeschaft of het niks kost. Wij nemen 5 kg mee voor 50 euro voor ons
avondmaal met zes personen, hetgeen neerkomt op vijf noisettes per
persoon.
Maar eigenlijk stelt dat helemaal niks voor. Als B(r)oer en schoonzus in de loop van de volgende ochtend terugkeren voor nog een maaltje voor thuis is er niets meer. De voor het feest ingeschatte 40 ton is niet genoeg gebleken. Alles is schoon op. En als ik nu heel eerlijk ben (en dat is vloeken in de kerk) vind ik die schelpdieren zoals men ze thuis of in de restaurants bereidt, niet eens zo heel erg lekker. Volgens goede Franse traditie worden ze heel ‘puur’ gegeten, dus met heel bescheiden toevoegingen, beetje prei, beetje zout, beetje peper,schepje warme crème fraiche. ‘Je proeft de zee.’ Dat zal, maar ik prefereer ze in stukjes gehakt in een roomsausje met en scheutje witte wijn, garnalen en nog wat witte vis met pittige Hollandse kaas en paneermeel gegratineerd in de oven. Bij het opdienen een snufje verse peterselie erover. Klinkt vast nogal patatje met in Franse oren, maar dán vind ik ze héérlijk! Durf ik France Blue ook eens te bellen met mijn recept? Of misschien beter van niet..?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten