Hij is nauwelijks vertrokken om de honden uit te laten of
hij is alweer binnen. In zijn rechterhand liggen twee stille vogeltjes. ‘Die
lagen hier voor op het pad, naast elkaar.’ Ik neem ze over. ‘Ik denk niet dat
ze dood zijn, ze zijn gewoon in shock,’ zegt hij dapper. En gaat weer naar
buiten.
Vorig jaar raapte ik eens een winterkoninkje op dat tegen
het raam vloog. Hij lag met een knikkend kopje voor dood in mijn hand maar
opeens kwam er een schelle piep en een poepje en weg was hij.
Nu kijk ik naar de geloken oogjes en probeer de bottige
lijfjes weer op te warmen met mijn handen. Maar er gebeurt niks. Hun bonte
lentekleding lijkt van dichtbij met een fijn penseel geschilderd op de donzige
veertjes. Zoveel kleuren! Zoveel plannen voor dit voorjaar. Niets zal ervan
terecht komen.
Straks, als hij thuiskomt, mag hij een gaatje graven om ze samen
in te leggen.
Twee dolverliefde blinde vinkjes.
Snif.
BeantwoordenVerwijderen