maandag 25 februari 2019

Het weer geeft ons violen




Onze eerste Vide grenier van het seizoen brengt ons helemaal naar Bellou-en-Houlme. Ruim een uur rijden, maar goed, we zijn al weken nergens heen geweest dus dan mag het een keer. Onderweg kopen we verse pains-au-chocolat in een bakkerij waar de bakker live broden in en uit de oven schuift, een prachtig gezicht. Alleen jammer dat het bedienend personeel mij beschuldigend aankijkt omdat ik de laatste twee chocoladebroodjes koop. Ik zit er natuurlijk normaal niet voor in de planning. Terwijl ze mijn twee euro in ontvangst neemt schreeuwt ze naar de bakker of er nog meer in de oven staan want dat ze nu OP zijn. Verbouwereerd verlaat ik de winkel.

Het café tabac is op deze vroege zondagochtend nog gesloten, dus we zullen elders onderweg koffie moeten scoren. Uiteindelijk lukt dat in Argentan. Hier waren we vorig jaar omstreeks dezelfde tijd toen D. naar de noodtandarts moest. Ook toen was het een zonnige, frisse ochtend en ook toen begon het grootste deel van de clientèle de dag met waarmee ze de vorige avond geëindigd waren. Het bier vloeit rijkelijk, onze café au lait klotst over de rand als de trillende handen van de barkeeper de kopjes voor ons neerzetten. Als de koffie op is, lopen we over de markt terug naar de auto. Er is een bloemenverkoper met winterviolen en natuurlijk kan ik daar niet aan voorbijlopen.  De man blijkt een poëet. ‘Ce temps nous donne des bonnes pensées’, rammelt hij eruit nadat hij een paar wat pierige plantjes in mijn tray heeft omgeruild voor betere. Nog mooier vind ik het omdat we het zomaar kunnen begrijpen! De woordspeling: violen zijn pensées, maar het woord betekent ook: gedachten. Dus: Dit weer geeft ons mooie violen/gedachten. Prachtig, toch?

En zo arriveren we op de zonovergoten foire in Bellou . We zijn er nog geen drie minuten of we stuiten op een onvoorstelbare vondst: een kist vol bontgekleurde gamelles. Al vaker schreef ik over mijn gamelle-verzameling en ook dat ik er nu klaar mee was. Twaalf stuks kon ik net op de Normandische kast plaatsen. Maar goed, daar waren er vorig jaar toch zomaar alweer drie bij gekomen, dus er nu stoer aan voorbijlopen is natuurlijk niet aan de orde. De kleine, pittige eigenares van al dit moois legt me uit dat ze ze verzameld heeft, die gamelles, maar nu wordt het tijd om de boel op te ruimen. Ik vertel haar dat ik eigenlijk gestopt was met het verzamelen ervan. Maar ik zie een oranje met bruin, en die heb ik nog niet. En ook een zachtgroene met hele fijne roodbruine spikkeltjes. Zo mooi. Ik koop de oranje. En als ze wegloopt om geld te wisselen, heb ik ook opeens die groene in mijn handen.






Vanmorgen heb ik de kast afgestoft, geherindeeld, en nu staan ze er allemaal, mijn 17 gamelles. Ga ik nu stoppen bij 20? En dan toch weer door de knieën als er zich een kleurtje aandient dat ik nog niet heb…? Dan gebeurt het. Het weer geeft me een mooie gedachte: ik verzamel geen gamelles, de gamelles verzamelen mij. Zolang ze zich nog ergens bevinden, op al die markten die nog komen, zullen ze op me wachten. Ik zal er voor ze zijn.








Een paar LP’s voor onze pick-up, een bankschroef, een soldeerbout, een taartschep, een ondefinieerbaar keukengereedschapje en  twee frites maison + knacks op het terras in de zon later: onze dag kan niet meer stuk!

1 opmerking: