Rond het jaar 2000 schafte mijn vader een nieuw bankstel
aan. Na het overlijden van mijn moeder enkele jaren eerder had hij een nieuwe
vriendin met een moderne smaak en zo kon het gebeuren dat hij een loeiduur,
eigentijds stel met een drie-, een twee-en-halfzits bank en een hocker aanschafte
van roodbruin leer. We vonden het geloof ik allemaal mooi, al vraag ik me
achteraf af of ik geen commentaar had op dat leer. Praktisch was het wel, met
een stel voor een deel nog jonge kleinkinderen en op enig moment ook vier
honden als iedereen er was.
In 2003 kocht mijn vader het huis, dat tot dan toe in bezit
was van B(r)oer, in Normandië. De voorwaarden waren dat Hoofd Verbouw en ik
samen verantwoordelijk waren voor het opknappen en aankleden van het huis en
met hulp van vrienden lukte dat in een sneltreinvaart. Dat verbouwen en
behangen en schilderen was allemaal onze taak, mijn vader was van het opruimen
en vuur stoken. Nooit heb ik hem vergenoegder gezien dan in die periode dat we
daar met z’n allen aan het werk waren. Hij stopte zijn pijp, greep een hark en
ging aan de slag. Hij had wel op sommige punten een wat andere insteek over hoe
alles met name rondom het huis eruit moest zien. Zo vond hij een oud, vervallen
stalletje dat een 100 meter verderop in het land stond een storend element in
het beeld vanaf het huis, dus dat moest worden opgeruimd. Wij vonden dat juist
wel authentiek maar ach, we lieten hem maar begaan. Hij had er zoveel plezier
in de boel daar aan kant te krijgen.
Een nicht van hem overleed en uit de boedel kocht ik een
authentiek Frans bankstel van gestreept gouden pluche met franje. Het stond
perfect in de salon maar het zat voor geen meter. Dat geef ik nu toe, toen,
vanwege het mooie plaatje, natuurlijk niet. Als pa en z’n vriendin kwamen zaten
ze op comfortabele tuinstoelen in de keuken, want het haardvuur in de salon
kregen ze ook niet aan zonder dat de hele kamer blauw stond. Maar, verder vond
hij het allemaal prachtig en er was geen groter plezier denkbaar dan dat we
daar allemaal tegelijk waren om te eten, drinken en te spelen.
Hij overleed in 2009 en het was voor ons geen enkele vraag
wat er met La Noblet moest gebeuren: dat bleef in de familie. Zo werden mijn
twee broers en ik eigenaar.
Bij het uitruimen van zijn woonhuis bleven we zitten met het
bankstel. Niemand wilde het hebben, we hadden allemaal al een bank. Ik zette
het op MP en er reageerde een vrouw die wel wilde komen kijken. Ze kwam met de
bus uit een belendend dorp en had haar dochter van een jaar of 9 bij zich. De
vrouw stak zodra ze binnen was een sigaret op, wierp nauwelijks een blik op het
bankstel en bood de helft van onze vraagprijs. Meer kon ze niet betalen. Haar
dochter klom op een van de banken en begon er op te springen, met haar schoenen
aan. De moeder stond er glimlachend naar te kijken, ik vroeg het kind daarmee op te houden. Hier
zei de moeder iets van en toen zei ik: ‘Ik wil jullie hier niet in dit huis
hebben, ga weg.’ Ze begon nog te piepen over de bijstand en het kaartje voor de
bus en ik heb haar 20 euro gegeven om op te rotten.
En zo kwam het bankstel toch in onze woonkamer te staan en bleek het wonderwel te passen. Het
kon overal tegen. We hadden eens een nest pups, dat we op een gegeven moment
kwijt waren (zeven stuks) en die bleken zich in een gat aan de onderkant van de
hocker verstopt te hebben waar ze heerlijk lagen te slapen. De honden konden
languit liggen of op de rugleuning zittend naar buiten kijken en je kon er met
gemak met z’n vijven op zitten, het was voor ons gemaakt.
Tot we naar Frankrijk gingen verhuizen.
Daar stond al jaren
de bank die voor dit stel had moeten wijken. De grote leren bank moest nu echt
weg, de kleinere paste in ons pied-à-terre. Daar stond hij twee jaar in. Om ook
de kleinkinderen eens te logeren te kunnen hebben besloten we tot aanschaf van
een slaapbank. Onze roodbruine bank stond nu buiten onder een afdak en er
kwamen mensen via MP kijken. Om ‘m voor verkoop aantrekkelijk te maken hadden
we de bank gepoetst met schoensmeer, hij zag er prachtig uit. Het
waren hele áárdige mensen en ik gunde ze mijn bank. Maar helaas, de kleur die ze in gedachten
hadden was het niet. En toen zei ik
tegen Hoofd Logistiek: 'kunnen wij ‘m niet meenemen naar La Noblet?' Wij hebben
een ruime VW Caddy en de bank met de hocker paste precies. Maar er bleef wel
weinig ruimte over. Ik denk niet dat we ooit zo volgepropt op reis zijn gegaan.
En nu staat de bank, met de hocker waarop we allebei naast
elkaar onze benen kunnen leggen in de salon. Het is er maar een beetje voller
van geworden. We moeten nu wel een muur schilderen en er moeten nieuwe
gordijnen komen, maar dat moest toch al.
Vandaag tekenen we het koopcontract voor La Noblet. Op dezelfde dag tekenen Oudste Dochter en Vriend voor hun nieuwe woning. En ik
weet zeker dat er ergens een man tevreden z’n pijpje stopt, een glas rode wijn inschenkt
en met ons proost op de aanschaf van dit bijzondere huis. Wie weet zit hij
straks wel op de canapé als we terug komen van de notaris. Ik hoop het.
hoi nicht
BeantwoordenVerwijderenwat weer een bijzonder verhaal van mijn oudste nicht
prchtig heb zelf geen facebook maar wel gelezen
en je vader zal zeker trots zijn������